(1928-2015)
Carel Visser was een beeldhouwer die het avontuur zocht. Gedurende een periode van meer dan 50 jaar heeft hij beelden, reliëfs, tekeningen, collages en houtsneden gemaakt die in vorm en materiaal van een verbazingwekkende verscheidenheid zijn. In de jaren vijftig vestigde Visser zijn naam met beelden gelast uit ijzer: aanvankelijk subtiele dierfiguren, later robuuste composities van geometrische vormen. In de jaren zestig en zeventig ging hij meer werken met andere materialen: allereerst dun plaatijzer en leer en vervolgens meer natuurproducten en gevonden voorwerpen.
Maar bij alle verschillen zijn er ook constanten in zijn werk aanwezig: een sterke verbondenheid met de natuur en aandacht voor fundamentele sculpturale problemen, die tot uiting komen in de zorgvuldige wijze waarop hij de verbindingen tot stand brengt tussen de delen van een beeld, en tussen beeld en grond.
Dat maakt hem tot een waardig erfgenaam van de klassieke meesters van de beeldhouwkunst van deze eeuw, zoals Brancusi en Giacometti, voor wie hij grote bewondering koestert. Vissers werk is veelvuldig geëxposeerd in binnen- en buitenland en opgenomen in de collecties van toonaangevende musea. Hij behoort terecht tot een selecte groep van de belangrijkste Europese beeldhouwers in de naoorlogse periode.
